LANG DUN

Mijn lange dunne beelden komen voort uit de essentie van de lijn. Een lijn beweegt door de ruimte. Op die manier beschrijft, omschrijft of omtrekt de lijn een vorm in deze ruimte. Het gaat daarbij nooit om de lijn zelf, maar om het samenspel tussen ruimte en lijn.

Dit is anders dan bij een vlak. Het vlak zelf speelt een veel grotere rol dan een lijn. Waar de lijn gebruik maakt van de ruimte, daar gebruikt het vlak zichzelf om een vorm uit te drukken. Een vlak sluit ook meer aan op de gevoelsbeleving van mensen, veel meer dan een lijn dat doet. Een lijn vraagt immers meer om inbeelding en doet daarmee een groter beroep op de ratio.

De lijn komt en de lijn gaat. De lijn beweegt zich door de ruimte en beschrijft daarmee als het ware de tijd. Door verschillen aan te brengen in dikte en richting van de lijn ontstaat zodoende een spel van ritme en maat. Het biedt de mogelijkheid om rust en beweging in de lijn tot uitdrukking te brengen. Het biedt tevens de mogelijkheid om processen uit te drukken.

In mijn beelden gebruik ik de rechtopstaande, de verticale lijn. Deze lijn karakteriseert de rechtopgaande mens, de mens die zich onderscheidt van het dier. Tegelijkertijd gebruik ik de verticale lijn vaak als verbinding tussen enerzijds de geestelijke (boven) en anderzijds de aardse realiteit (beneden). Ook hierin vervult de mens mijns inziens een belangrijke rol. Zij is immers zowel een geestelijk (cultureel, religieus) wezen als een mens van vlees en bloed.